Sinds de afschaffing van de Woonwagenwet in 1999 had Nederland geen nationaal woonwagenbeleid meer. Als gevolg voeren, of voerden, veel gemeentes een uitsterfbeleid of afbouwbeleid rond woonwagenstandplaatsen. Lees meer over deze vormen van woonwagenbeleid in de dossierpagina van PILP.
In 2016 diende er een zaak bij het College voor de Rechten van de Mens over het woonwagenbeleid van de Gemeente Gouda, en indirect over het hele Rijksbeleid. Op 19 oktober 2016 heeft PILP geïntervenieerd in deze zaak bij middels een brief aan het College. In de brief gaat PILP nader in op het mensenrechtelijk kader dat van toepassing is op dit Rijksbeleid.
Op 16 februari 2017 was PILP aanwezig bij de zitting van het College voor de Rechten van de Mens over het woonwagenbeleid in de gemeente Gouda en de Rijksoverheid. Tijdens deze zitting verwees het College uitdrukkelijk naar de standpunten die uiteengezet waren in de brief van PILP.
Uiteindelijk heeft het College voor de Rechten van de Mens op 1 mei 2017 beslist dat de Rijksoverheid woonwagenbewoners discrimineert met het bestaande beleid. Op 13 juli 2018 heeft de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties het nieuwe beleidskader voor het woonwagenbeleid gepresenteerd. Met dit nieuwe beleidskader komt officieel een einde aan het uitsterfbeleid. Lokaal is het uitsterfbeleid echter nog niet overal van tafel, laat staan teruggedraaid. PILP en het NJCM blijven zich dan ook actief inzetten voor de mensenrechten van de woonwagenbewoners.