Door discriminerend woonwagenbeleid moeten Sinti, Roma en Reizigers in Den Haag soms een mensenleven wachten op een standplaats, aldus de Volkskrant. In het artikel van de Volkskrant vertelt een van de bewoners ook dat zijn woonwagenkamp al jaren geleden onleefbaar is verklaard. Het komt vaker voor dat woonwagenkampen staan in omgevingen die ongewenst en onleefbaar zijn, aldus woonwagenbewoners.
Mooi dat de krant aandacht besteed aan dit onderwerp. In het artikel wordt ook verwezen naar de rechtszaak die PILP voert namens de woonwagengemeenschap in Den Haag. Eind mei 2024 oordeelde de rechter in deze zaak dat de gemeente Den Haag extra plaatsen voor woonwagens moet creëren. Deze zomer wordt bekend of de gemeente tegen dit oordeel in beroep gaat.
Roma, Sinti en Reizigers zijn volgens het Europees Hof voor de Rechten van de Mens een van de meest achtergestelde en gediscrimineerde bevolkingsgroepen in Europa. Zij hebben het recht om in een woonwagen te wonen, maar er zijn in Nederland door jarenlang actief overheidsbeleid onvoldoende standplaatsen beschikbaar.
Op 29 mei 2024 heeft de Rechtbank Den Haag geoordeeld dat de gemeente Den Haag woonwagenbewoners discrimineert op basis van ras. De gemeente heeft al 25 jaar geen enkele nieuwe standplaats gerealiseerd, maar er wel actief 110 verwijderd. Er zijn daarom te weinig plaatsen beschikbaar waardoor woonwagenbewoners veel langer moeten wachten op een thuis dan inwoners van Den Haag die een sociale huurwoning zoeken. Dat is volgens de rechtbank in strijd met de mensenrechten. Deze uitspraak heeft verstrekkende gevolgen voor alle gemeenten in Nederland. Ook daar zullen standplaatsen moeten worden bijgebouwd.
Lees het Volkskrant-artikel hier. Lees hier meer over de rechtszaak.