In 2017 organiseerde de lokale Amnesty-groep in Maastricht samen met, onder andere, een afdeling van de Internationale Socialisten, twee demonstraties tegen de dreigende uitzetting van een Afghaans gezin. Zij kregen door de gemeente Maastricht verschillende beperkingen opgelegd. Zo werd het de organisatoren verboden om aanstootgevende uitingen te doen, tijdens de demonstratie te flyeren, en werd geëist dat zij zelf gecertificeerde verkeersregelaars zouden inhuren.
PILP is namens de coalitie een procedure gestart wegens een inperking op het demonstratierecht. PILP is in deze zaak ondersteund door advocaat Alexander IJkelenstam van CMS.
Tijdens de bezwaarfase heeft de gemeente beslist dat het doen van schokkende of aanstootgevende uitingen niet voorafgaand aan de demonstraties mag worden verboden. Deze voorwaarde is toen ook geschrapt. Omdat de overige bestreden voorwaarden in stand bleven is PILP namens de coalitie in beroep gegaan.
De rechtbank heeft hierop een streep gehaald door het flyerverbod dat opgelegd was door de gemeente. Flyeren tijdens een demonstratie is tenslotte een manier waarop demonstranten hun mening kenbaar kunnen maken aan het publiek. Daarom is dit een essentieel onderdeel van het demonstratierecht.
Hoewel de rechtbank aannam dat het regelen van het verkeer een overheidstaak is, bestond er volgens de rechtbank geen bezwaar tegen het verplichten van organisatoren om zelf – mogelijk tot honderden euro’s – gecertificeerde verkeersregelaars te regelen. Dit vormt een barrière voor de uitoefening van het demonstratierecht. We hebben op dit punt dan ook hoger beroep ingesteld. De Raad van State heeft in het voordeel van onze cliënten geoordeeld dat gemeenten niet zomaar mogen eisen dat organisatoren van demonstraties zelf gecertificeerde verkeersregelaars moeten inschakelen.