In oktober 2021 onthulde NRC dat zeker tien Nederlandse gemeenten heimelijk onderzoek hadden laten doen naar moskeeën en islamitische organisaties in hun stad. Met geld verstrekt door de NCTV huurden zij een particulier onderzoeksbureau in, NTA, waarvan de medewerkers moskeeën observeerden zonder zichzelf kenbaar te maken.
De bevindingen belandden in een geheim rapport (‘het NTA rapport’), waarin bijvoorbeeld staat wat de betrokken moskeebestuurders, imams en docenten studeerden, wie van wie familie is, met wie ze ruzie hebben, en wat hun geloofsleer zou zijn.
De geheime onderzoeken hebben een enorme impact gehad op de onderzochte moskeeën en hun gemeenschappen. Zij hadden allen goed contact met gemeenten en ambtenaren in hun stad. Terwijl de moskeeën dachten in de gemeente een betrouwbare partner te hebben, bleken zij met wantrouwen te zijn bekeken. Het geheime onderzoek is dan ook niet los te zien van de groeiende islamofobie en de stigmatisering en criminalisering van moslims in de Nederlandse samenleving.
De publicaties in NRC hebben tot veel ophef geleid over de NTA-onderzoeken. Verschillende gemeenten hebben excuses aangeboden richting de lokale moslimgemeenschap. Andere gemeenten houden juist de boot af en stellen dat er niks onrechtmatigs heeft plaatsgevonden.
Herstel van vertrouwen begint met transparantie. De moskeeën stellen dan ook dat zij het recht hebben om in te zien wat er door NTA over hen en hun gemeenschap is opgeschreven.
Wat doet PILP?
PILP staat de moskeeën in verschillende gemeenten bij met procedures om inzage te verkrijgen in het rapport dat over hen is geschreven. De moskeeën menen dat er sprake is van schending van verschillende grondrechten. Zij achten het onderzoek discriminerend en stellen dat er een ongerechtvaardigde inbreuk is gemaakt op hun privacy en vrijheid van religie.