Meer aandacht voor staatloosheid in Nederland

Denny en Angela

In oktober 2017 werd projectcoördinator Jelle Klaas geïnterviewd over de toename van het aantal staatlozen in Nederland voor radio EenVandaag. Ook startte deze maand een expositie van Anoek Steketee over staatloosheid in het Rijksmuseum. Hier hangen ook foto’s van Denny, voor wie het PILP een zaak heeft lopen bij het VN-Mensenrechtencomité.

Het is goed om te zien dat er meer aandacht is voor staatlozen in Nederland. Staatlozen bezitten geen nationaliteit en worden zodoende door geen enkele Staat in de wereld als hun onderdaan erkend. Het missen van een nationaliteit heeft enorme gevolgen. Zonder burgerschap heb je namelijk geen toegang tot rechten en rechtsbescherming van de betreffende Staat. Aangezien staatlozen nergens erkend burger zijn, is er geen enkel land dat zich over hen ontfermt.

Denny’s muur

In Nederland wonen ruim 4.000 staatlozen, die als zodanig door de overheid zijn erkend. Daarnaast zijn er in Nederland nog eens ruim 80.000 mensen die geregistreerd staan als ‘nationaliteit onbekend’. Zij kunnen niet met documenten aantonen dat zij een nationaliteit hebben, noch aantonen dat ze geen nationaliteit hebben, waardoor hun status onbekend blijft. Onder deze mensen bevinden zich vele staatlozen.

We missen in Nederland echter een procedure om staatloosheid juridisch vast te stellen, waardoor de stap naar vastgestelde staatloosheid niet gemaakt kan worden. Dit levert veel problemen op. Zo maken ze geen aanspraak op de Staatloosheidverdragen, aangezien die enkel gelden voor erkende staatlozen.

Denny’s en Angela’s kamer, gezinslocatie voor uitgeprocedeerde asielzoekers met beperkte bewegingsvrijheid in Katwijk

Staatssecretaris Dijkhoff van Veiligheid en Justitie in december 2016 een wetsvoorstel omtrent een vaststellingsprocedure voor staatloosheid geschreven en opgesteld voor reacties. Het feit dat er een wetsvoorstel ligt is een positieve ontwikkeling. Toch laat de PILP-zaak van Denny zien dat het wetsvoorstel op een aantal punten aangepast moet worden, wil de voorgestelde wet daadwerkelijk de bescherming kunnen bieden die beoogd is.

[ssba]